Tegenpolen Bas Remie en Freek Sprangers vieren lustrum met zesde zaak

De Botanist was vijf jaar geleden een regelrechte hit in de binnenstad van Breda. Na die vliegende start groeiden ondernemers Bas Remie en Freek Sprangers eigenzinnig, dwars door de coronacrisis heen. Van strandtent, historische molen, biercafé tot rooftopbar. Het lijkt alle kanten op te gaan, dat zien ze zelf anders. ‘Focus is cruciaal’.

Het idee voor De Botanist is eigenlijk spontaan opgeborreld, vertellen de twee ondernemers, en dat heel toepasselijk in het bubbelbad. Bas Remie en Freek Sprangers, twee snelle geesten - de een in de keuken en bediening, de ander in de cijfers, kenden elkaar uit de Bredase binnenstad. Bas verdiende er zijn sporen van jongs af aan in verschillende zaken aan de Grote Markt, Freek bestierde er met middelbare schoolvrienden een kroegje - naast zijn werk als zelfstandig werkende fiscalist. Bas: ‘We konden beiden overdag sporten. Even lekker alles van je afzetten, en daarna in het bubbelbad.’ Dat bleek een goede voedingsbodem voor samen filosoferen over de toekomst. Voor Bas was het een jongensdroom om ooit een eigen horecazaak te hebben, Freek wilde vooral graag ondernemen. ‘We bedachten eigenlijk waar we zelf naar toe zouden gaan, in die zin zijn we onze eigen doelgroep’, vult Freek aan. Het mocht wel wat hipper in Breda, vonden de twee, waar ‘de Brabantse Bruine gezelligheid zes jaar geleden nog de boventoon voerde.’ Dat werd De Botanist, een zaak met een aansprekend interieur met veel weelderig groen, warme kleuren, zachte stoffen en een kwinkslag in de aankleding. Bas: ‘Zoiets was er nog niet, en dat geldt ook voor het all day-concept: voor elk moment van de dag biedt onze kaart iets feestelijks, van lunch tot borrel en diner: fine dining op basis van kleine gerechten om te delen.’

Vinger in de pap

Dankzij hun netwerk in de binnenstad was De Botanist direct een succes. Dat kwam ook door de locatie, een in Breda iconisch bouwwerk aan de Haven, bekend onder de naam ‘De Trapkes’. Alles valt of staat met de locatie, is de overtuiging van de twee compagnons. ‘We zijn onbewust altijd op zoek, het is niet zo makkelijk om een zaak te vinden die voldoet aan wat wij zien als de basis voor succes’, legt Freek uit. Hij somt op: liefst een markant pand of aansprekende plek, met ruimte voor minimaal 100 man binnen en 100 buiten, en als het kan zonder contract met een brouwer. ‘Die hebben te veel een vinger in de pap, daar had ik genoeg ervaring mee in mijn café. Een vast bier op vat is prima, maar voor de rest wil je vrij zijn in je assortiment, mee kunnen bewegen met de trends.’ Pas als aan alle voorwaarden is voldaan, springt het licht op groen. En dan kan het snel gaan. Bas: ‘De overname van biercafé Mr. Barley, recht tegenover De Botanist, was eigenlijk een inkopper. Zo konden we in één klap het terras verdubbelen.’ De tweede vestiging van De Botanist - aan Zee - op het strand van Koudekerke, was voor velen een verrassende zet. Voor de twee Bredanaren minder. ‘Een strandpaviljoen is toch geweldig. We stonden nog maar vijf minuten binnen toen we wisten: dit is wat we hoe dan ook willen. Nog geen twee weken later was het een voldongen feit.’ Komt er zo’n kans voorbij, dan slaat Freek aan het rekenen, terwijl Bas gaat tekenen. Wat dat betreft zijn ze, naast de gezamenlijke koers die ze varen, ook elk kapitein op hun eigen schip. Freek: ‘Bas is echt van de horeca, de creatieve kant, daar volg ik hem. Natuurlijk hebben we alle eerste stappen, van interieur tot menukaart samen gedaan, maar we laten elkaar ook vrij.’ Bas: ‘Komt er een blauwe envelop binnen, dan maak ik blind een foto en app de brief door aan Freek. Hij pakt het meteen op. En hij vindt dat nog leúk ook’, vertelt Bas lachend.

Winstdeling

‘Soms zien we elkaar een week niet, maar we bellen elke dag in totaal wel een uur met elkaar. Dan gaat het over werk, maar ook over dingen buiten werk.’ Freek: ‘Het is een heel natuurlijke samenwerking, we laten elkaar de ruimte, delen dezelfde ondernemerszin en houden van hard werken.’ Dat proberen ze ook aan te boren bij hun team. Want, zo weten ze, de P van personeel is cruciaal in de mix - minstens zo belangrijk als de locatie, het eten en het interieur. Bas: ‘Zonder goed personeel ben je nergens. Met onze overkoepelende chef werk ik al meer dan tien jaar, en dat geldt ook voor onze manager. We hebben een vast basisteam.’ Even werkten ze met winstdeling: omgerekend naar aantal uren dat iemand had gewerkt, was er twee procent van de maandwinst te verdelen. Freek: ‘Dat leverde medewerkers veertig of vijftig cent per uur extra op, dat bleek geen serieuze stimulans. Meer zat er ook niet in, in verband met de krappe horecamarges. Nu werken we met een ervaringsbonus; als je vijfhonderd, duizend of vijftienhonderd uur bij ons hebt gewerkt, krijg je een opslag.’ Maar nog beter, zo merken de twee, is het om personeel mee te laten groeien in hun ontwikkeling. ‘Meer zaken betekent ook meer afwisseling en uitdaging. Bij ons komt iedereen bij de BV in dienst en werk je soms in Breda en dan weer in Zeeland. We hebben zeven auto’s op de weg zodat onze mensen naar hun werk kunnen rijden. Het werkt, onze mensen vinden het leuk. Groei zorgt ook dat mensen parttime kunnen doorgroeien naar een baan op kantoor.’ Belangrijk, anders stromen goed ingewerkte mensen na een jaar of vijf door naar een andere werkgever.

Van De Botanist naar Strøming

Het begon voor Bas Remie en Freek Sprangers zo’n zes jaar geleden. Met de intentie om samen een horecazaak te beginnen, was het lang zoeken naar een geschikt pand. In het monumentale pand ‘De Trapkes’ openden ze in 2019 ‘De Botanist’, een hippe zaak met veel planten en groen en een kaart voor ‘alle momenten van de dag’- van lunch, borrel tot diner. Ze hadden er - mede dankzij hun connecties in Breda - een vliegende start. Groei was geen ambitie, maar het duo stond er wel open voor. Dat leidde in 2020 tot de overname van het biercafé Mr. Barley, tegenover De Botanist - waardoor ze de terrascapaciteit konden verdubbelen. Daarna volgde de - verrassende - stap naar de Botanist aan Zee (2021), op het strand van Koudekerke, gevolgd door Borrel- en feestcafé Café Hardt in Breda (2023), samen met ondernemer Jim Meijer. Tussen de historische Zwartenbergse Molen en de Leurse Vaart vonden de twee ondernemers een nieuwe parel: de achttiende-eeuwse herberg In de Molen, en nu de basis van Restaurant Strøming (2023), een nieuw concept in de groep van Remie en Sprangers. Een licht interieur, een knipoog naar Scandinavië en een tijdloze sfeer gecombineerd met het all day-concept en de fusie van vier keukens die bij alle zaken op het menu staan: Oosters, Mediterraans, Zuid-Amerikaans en Scandinavisch. Dit najaar opent de tweede Strøming, in voorheen Doloris, de rooftopbar in Tilburg. De komende tijd zullen alle Botanist-locaties worden heropend als Strøming. 

Bas Remie & Freek Sprangers

Ze bereiken dit jaar samen hun ondernemerslustrum: tegenpolen Bas Remie en Freek Sprangers, allebei Bredanaren in hart en nieren. En ze delen hun horecahart. De een vanaf de vloer, de ander vanuit de cijfers. Remie stopte op zijn zeventiende met school en verdiende zijn sporen in de horeca, op de Grote Markt in Breda. Sprangers verliet Breda om fiscale economie te gaan studeren in Maastricht. Na een aantal omzwervingen keerde hij terug naar Breda, waar hij zich vestigde als zelfstandig fiscalist. Ernaast begon hij samen met twee vrienden van de middelbare school een kroegje in de binnenstad. En zo leerden de twee compagnons elkaar via gezamenlijke vrienden kennen.

 

“Het is niet zo makkelijk om een zaak te vinden die voldoet aan wat wij zien als de basis voor succes.”

Freek Sprangers

Mobiele cocktailbar

Ze openden hun eerste zaak net voor de coronapandemie uitbrak en de horeca tussen sluiting naar anderhalve meter-maatregelen moest laveren. ‘Een flinke uitdaging’, benadrukt Freek, ook omdat ze personeel niet kwijt wilden. Creatieve ideeën om die mensen aan het werk te houden, en als bedrijf nog in beeld te blijven - van kerstbomenverkoop, een mobiele cocktailbar, eten bezorgen tot online pubquizzen - deden hun werk maar brachten niet genoeg geld in het laatje. Bas: ‘Dan klapten we een discolampje uit, muziekje erbij en stonden we een cocktail te shaken in je voortuin. Echt een showtje voor de gasten. Het had enorm veel marketingwaarde, gasten hebben het er nu nog over. Maar ja, tien kilometer rijden voor twee mojito’s, komt natuurlijk nooit uit.’ Overheidssteun kregen ze wel, maar die moest allemaal retour, omdat ze nog te kort bestonden om de omzetval te kunnen bepalen. Freek: ‘Groeien is ook gewoon nodig om omzet te genereren, zo betalen we die steun terug. Verdienen is er nog niet bij.’ Voordeel is wel dat ze ook direct konden draaien na corona: zij hadden hun teams nog op orde. Extra belangrijk omdat de twee niet alleen werken met een all day-concept maar ook heilig geloven in elke dag open zijn, in alle zaken. Bas: ’Wij hebben nog nooit één sluitingsdag gehad, ook het strandpaviljoen is het hele jaar door open.’ Afhuur van de hele zaak voor grote partijen, doen ze ook niet. ‘Wij willen op elk moment en elke dag klaar staan voor gasten, geen nee verkopen.’

Geen eenheidsworst

Nog een paar jaar en dan hopen de twee uit de rode cijfers te zijn. Aan het enthousiasme zal het niet liggen. Vorig jaar ontwikkelden ze bij de molen in Etten-Leur een nieuw concept, Strøming met een streepje door de O voor de Scandi-vibe. Bas: ‘Botanisch zie je nu overal, de hype is over voor ons. Het interieur van Strøming voelt ook op grauwe en donkere dagen licht en fris. Het is tijdlozer.’ En dus transformeren de komende tijd ook de andere Botanisten, in Breda en aan de kust, tot Strøming. De nieuwe zaak in Tilburg, voorheen Doloris, wordt ook Strøming. Geen eenheidsworst, beloven de twee, daarvoor zijn de locaties stuk voor stuk te uniek. ‘Maar wel herkenbaar, in sfeer en menukaart. Fijn voor gasten, maar ook voor het personeel dat nu eens in Breda dan weer in Koudekerke meedraait.’ Vijf jaar ondernemerschap en binnenkort de zesde zaak: is dit het tempo waar ze aan kunnen wennen? Geen idee, vallen de twee elkaar bij. Het hangt er maar net vanaf welke locatie er op hun pad komt. En daarbij is de ‘sky’ toch echt niet ‘the limit’. Bas: ‘Nee, in New York zul je ons niet vinden. Laat ons maar in de zuidelijke helft van Nederland opereren.’ Wat dat betreft hebben ze nog wel een tip voor collega-ondernemers. ‘Blijf kansen zien, maar vergeet niet te focussen. Daarin hebben wij wel het meeste geleerd de afgelopen jaren. Op een gegeven moment deden we er zo veel bij, en allemaal even leuk - van speciale biertjes ontwikkelen tot nieuwe zaken openen - dat je structuur moet aanbrengen. In werk en vrije tijd; anders loop je jezelf voorbij.’ Zo hebben we ook moeten leren dat niet alles van ons afhankelijk is maar dat je ook gewoon op vakantie mag en kunt vertrouwen op je mensen.’ Wellicht is het toch weer eens tijd voor dat bubbelbad…

Wil je meer van dit soort artikelen automatisch in je mailbox ontvangen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.

Gerelateerde artikelen: